Nichtje Sjaantje
Ik sta bij de kassa van onze plaatselijke bioscoop om voor mijn jarige nichtje 2 kaartjes in zo’n leuk filmblikje te kopen. Ze wordt 18 en heeft verkering, vandaar twee kaartjes. Voor de grap koop ik bij de drogist een condoom met een smaakje om dat erbij te doen. Sjaantje, zo heet ze, is opgegroeid in Amsterdam. Als dochter van mijn zus, ken ik haar al haar hele leventje. Ik heb haar de fles gegeven, luiers verschoont en vaak met haar, voorop de fiets, rondgereden. Als kind speelde ze altijd met de jongens uit de buurt. Voetballen, op muurtjes klimmen en kattenkwaad uithalen. Altijd korte haartjes en een trainingspak aan. Kortom net een knul. Mijn zus Kitty maakte zich nog wel eens ongerust, “wat moet ik daar nou mee”, was altijd wat ze zei.
Tot ze begon te menstrueren, tietjes kreeg en haartjes op plaatsen waar ze nu moeite moet doen om ze weg te houden, weet ik inmiddels. Op de dag van haar verjaardag rijd ik naar Amsterdam. Het is hoogzomer en de files zijn behoorlijk. Als ik eindelijk bij hun huis kom en aanbel, gaat de deur open en springt Sjaantje om mijn nek, “hé oompje, wat leuk dat je er bent”, roept ze en geeft me een dikke kus vol op mijn mond. We zijn altijd al gek op elkaar geweest maar zoals ze er nu uitziet, bedenk ik opeens dat het wel een heel mooi meisje is wat om mijn nek hangt. Ik houd haar een beetje van me af en bekijk haar eens goed. Jurkje aan, leuke schoentjes en haar haren lang en los, “Gossie meisje, wat ben je toch mooi”, mompel ik. Koket draait ze snel een rondje, waardoor haar jurkje wat op wervelt en haar benen wat meer laat zien, “vindt u?, ben ik blij mee. Zeker als het van u komt, lief oompje”. Ik krijg weer een dikke knuffel en voel haar soepele lijf nu nog beter. Met haar arm door de mijne lopen we de tuin in, “kijk mans, wie er is, mijn favoriete oompje”, roept ze. Mijn zus komt op ons af en omhelst me, “leuk dat je kon komen, al weer veel te lang geleden”. Naar mijn nichtje kijkend, antwoord ik, “kan je wel stellen, als ik zie wat er met dit mooie meisje gebeurd is”. Sjaantje drukt haar hoofd tegen me aan, “lief is tie hè”.
